2.2.2 Voorbeeld 2

2.2.2. Portfolio maken voor het vak basisvaardigheden psychologische begeleiding en interventie

Algemene uitleg
Binnen het vak Basisvaardigheden psychologische begeleiding en interventie van professor Loots kregen de studenten de opdracht om een portfolio bij te houden. Het portfolio hield in dat je verschillende opdrachten moest maken en hierover een reflectie schrijven. Deze reflecties moesten bijna wekelijks op pointcarré ingeleverd worden, in een drop-box. Zowel de opdrachten als de reflecties moesten op een persoonlijke manier gebundeld en meegebracht worden naar het mondeling examen.

De context
Dit is een vak uit het derde jaar Psychologie voor alle studenten die gekozen hebben voor het profiel orthopsychologie of levenslooppsychologie. Het is een eerste semester vak van drie studiepunten. Het examen bestaat uit verschillende onderdelen, zo is er een schriftelijk examen en een mondeling.

Concreet materiaal
Naast bijgevoegd concreet materiaal, enkele voorbeelden van opdrachten, zijn professoren Jasmina Sermijn en Liesbeth Matthijs geïnterviewd en wordt er een kritische reflectie gegeven door studenten die het vak gevolgd hebben vorig jaar.

De opdrachten waren heel uiteenlopend, zo had men bijvoorbeeld als opdracht, beschrijven hoe een student  de eigen therapieruimte zou inrichten. Hier moest je heel gedetailleerd beschrijven hoe je je therapieruimte zou inrichten, welke materialen en kleuren je zou gebruiken. Ook moest je nadenken over waar exact deze ruimte gelegen zou zijn. In het centrum van de stad, aan de rand, in een groot gebouw of bij je thuis. Deze en vele andere opdrachten maken dat je gaat nadenken over heel belangrijke aspecten. Studenten stonden nooit eerder stil bij een detail zoals de inrichting van je therapieruimte. Enkel door er mee bezig te zijn besef je dat het heel belangrijke knopen zijn die je in de toekomst zal moeten doorhakken. Dan kan de professor nog tien keer zeggen dat dergelijke zaken er toe doen, enkel door er zelf over te moeten nadenken dringt het echt door.

Ook kreeg men de opdracht om talrijke reflecties te maken over een opdracht. De opdracht bestond er uit om te beschrijven wanneer je je voor het laatst echt begrepen en aanvaard voelde. Je moest beschrijven in welke concrete situatie dat was en hoe je je voelde hierbij. Hierrond moest je dan reflecteren over de verschillende momenten in je leven dat je aanvaard werd en door wie. En welke impact heeft hun begrip gehad op je ontwikkeling als persoon? Daarbij kwam ook dat je moest reflecteren over de situaties waarin je niet begrepen werd en hoe dit misschien een invloed had op je zelfbeeld. Deze opdrachten stonden op punten en ook tijdens de examenperiode moest je hier nog rond werken. Dit portfolio werd bekeken op het mondeling examen, waar je moest tonen dat je het geleerde tijdens de oefeningensessies beheerste.

Visie studenten
De bevraagde studenten vonden het maken van een portfolio een gepaste opdracht en een meerwaarde voor het vak. Dit om verschillende redenen. Men vond het beter dan louter theorie omdat het ten slotte toch om ‘kunnen en praktijk’ ging. Men vond het een goede opbouw naar het mondelinge examen toe.

Een meerderheid van de bevraagde studenten vond het maken van een portfolio een leerrijke opdracht. Zo vond iemand dat ze op deze manier meer betrokken werd naar het werkveld toe. Door na te denken over een eigen praktijk en hoe we zouden willen werken als psycholoog werd men meer bewust van wat het allemaal inhoudt. Sommige studenten kregen inzicht in de manier waarop zij behandelt willen worden als patiënt maar ook gewoon als persoon. En proberen zich op deze manier ook naar andere op te stellen. Andere studenten werden zich meer bewuster van zichzelf en kregen meer zelfkennis. Enkele studenten geven wel aan dat ze vonden dat het werk dat ze erin hadden gestoken toch niet echt nagegaan werd of beloond werd. Op het mondelinge examen ging men snel even door het portfolio.

Positief vond men dat je er doorheen het jaar mee bezig was en het niet op een lange baan ging schuiven. Men kon er in het jaar echt de tijd voor nemen om even bij stil te staan. Ook vond men het zeker positief dat je op die manier de leerstof echt toepaste en er kritisch over ging nadenken. Een student vond het maken van de opdrachtjes ook gemakkelijk verdiende punten.

Visie van de assistenten
De assistenten geven aan dat zij samen met de professor kozen voor het invoeren van het maken van een portfolio. Dit omdat het niet alleen belangrijk is dat de technische vaardigheden in een practicum worden aangeleerd maar ook dat de studenten over zichzelf leren reflecteren.  Zeker omdat het heel belangrijk is binnen de hulpverleningscontext, de persoon zelf is een belangrijk werkinstrument.
         
Via een portfolio kan je goed de vooruitgang zien van de studenten. De assistenten bieden op een gestructureerde manier oefeningen aan die aanzetten tot reflecties.  Dit portfolio is een aanzet, het proces gaat eigenlijk verder in andere vakken zoals ‘gevalsstudies van systeemtherapie’. Men vraagt een persoonlijke inzet, het wordt niet echt beoordeeld. Er wordt vooral gekeken hoe iemand er mee bezig is geweest dan naar de inhoud. Reflecties kunnen ook heel persoonlijk zijn en die hoeft niet publiek gemaakt te worden naar een lesgever toe. Nadelig voor de student, volgens de assistenten, is misschien wel  het heel tijdsintentsief zijn van het maken  van een portfolio. Maar het is natuurlijk wel de bedoeling van de assistenten dat studenten de tijd nemen om te reflecteren en hier hopelijk iets uit leren en groeien.

De term UDL zegt de assistenten niets, maar de manier waarop ze werken is wel een heel bewuste keuze. Ze zijn bewust gaan zoeken naar een manier die studenten zo goed mogelijk zou aanzetten tot reflectie en het inschatten van zichzelf,  dat bleek een portfolio te zijn.

UDL Verantwoording
Binnen dit vak zijn er tussentijdse opdrachten, reflecties, schriftelijke en mondeling examen aanwezig. Hier wordt duidelijk gebruik gemaakt van meerdere evaluatiebronnen. Dit is een voorbeeld van principe één en de richtlijn drie, verschillende evaluatie mogelijkheden aanbieden. Hier hebben we het niet zo zeer over gehad, we richten ons eerder op de richtlijn acht, mogelijkheden tot inschatten en bijsturen. Via zelfreflecties worden studenten aangezet om na te denken over zichzelf en hun kunnen. Men moest niet alleen een opdracht maken maar vaak ook hierover reflecteren. Zo worden studenten via deze opdrachten gegidst naar een groter zelfbewustzijn en misschien ook tot betere zelfcorrigerende vaardigheden.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten