1. Vinden jullie het gebruik van rollenspelen ter ondersteuning
van de leerstof een goeie zaak? Waarom?
A: Ja, want dat geeft vaak een verduidelijking van wat er
theoretisch wordt gezegd. Zeker wanneer achteraf de rollenspelen worden
besproken in groep.
B: Ikzelf vind dit
een goede manier ter ondersteuning van de leerstof. Dit, omdat ik moeite heb
met het onthouden van puur theoretische lesse, hierbij rollenspelen bij
betrekken is voormij een vorm van fictieve 'praktijk' binnen brengen in de
lessen. Zelf merkte ik bijvoorbeeld al enkele keren dat ik bij een vraag op het
examen de leerstof kan herinneren doordat we hierover een rollenspel of casus
kregen.
C: Ja, ik
vind dat zeker een goede zaak. In de les leren we allerlei gesprekstechnieken,
maar door rollenspellen kunnen we dit ook echt oefenen. Ik denk dat dit enkel
een voordeel is voor ons als studenten. Met theorie leer je uiteindelijk ook
veel bij, maar het is nodig dat je deze theorie ook correct in de praktijk kan
toepassen. Hier zijn rollenspellen ideaal voor.
D: Ja, dit
heeft me veel bijgebracht. Men kan op die manier kennismaken met hoe het in de
praktijk eraan toe gaat. Ook wordt men op deze manier met bepaalde conflicten
geconfronteerd waardoor men naar de toekomst toe, beter kan inspelen op
conflicten die zich kunnen voordoen tijdens een groepsmaatschappelijk proces.
2. Wat leren
jullie bij van rollenspelen?
A: Afhankelijk
van welk vak dat is… Bv. bij ons in sociaal werk: rollenspel waarbij iemand een
groep begeleidt en anderen de cliënten spelen. Je leert bij over de structuur
van het verloop van zo’n gesprek, wat je wel en niet kan zeggen/vragen, wat
goeie vragen zijn, waar je dieper op in kan gaan en waarop niet,…
B: Ik persoon vind
dat rollenspelen een meerwaarde zijn, theorie is belangrijk, maar dit kunnen
naar voor brengen in je eigen handelen is ook belangrijk, maar is toch meestal
een stuk verschillend dan enkel de theoretische kaders. Bij rollenspelen leer
je de theorie in 'praktijk' te brengen, voor zover dit mogelijk is tijdens de
lessen.
C: Rollenspellen
leren me om me beter in te leven in iemand anders zijn situatie. Ik studeer
sociaal werk en ik dit denk dat het als sociaal werker nodig is om jezelf in
iemand anders zijn schoenen te kunnen plaatsen. Op die manier kan je meer
empathie tonen. Verder zijn rollenspellen een goede voorbereiding voor het echte
werkveld. In deze fictieve situaties leer ik hoe ik best reageer op bepaalde
situaties.
D: Meer
inzicht in verscheidene problematieken, meer
inleving/ empathie in hoe mensen zich voelen in een bepaalde problematiek bv.
tienermoeders, partners van mensen met een dementie, gedetineerden, … hoe omgaan met conflicten?, hoe een
gesprek aanpakken ? Hoe een bepaalde problematiek ter sprake brengen? Hoe inspelen op de gevoelens van mensen?
3. Via
rollenspelen probeert men de student dichter bij het werkveld te brengen, lukt
dit volgens jullie?
A: Ja,
wanneer men zich goed inleeft in de rol kan het waarheidsgetrouw zijn.
B: Ja, ik kan bij
rollenspelen mij meer inleven in bepaalde theorieën en hiervan ook een beeld
scheppen.
C: Ja ik
denk dat rollenspellen studenten zeker en vast dichter bij het werkveld brengt.
Het leert ons met welke situaties we allemaal kunnen te maken krijgen en hoe we
hiermee moeten omgaan. Rollenspellen zijn een goede leerschool om onze kennis
in praktijk om te zetten.
D: Dit
klopt! Door praktijkgerichte oefeningen zoals rollenspelen kan men zich beter
inleven in de verscheidene rollen die zich
voordoen in de groep nl. als begeleider, groepslid( cliënten). Wanneer
men dit al eens kan ervaren, zal dit zorgen voor een beter verloop in de
realiteit. Men wordt hierdoor ook geconfronteerd met bepaalde problemen die
zich kunnen voordoen tijdens het gesprek. (vbn: conflicten tussen de personen ,
emotionele uitspattingen, weerstand van de groepsleden, … )
4. Zijn er
rollenspelen die geen nut hebben?
A: Waarschijnlijk
wel, maar daar kan ik niet meteen een voorbeeld van geven.
B: Neen.
C: Dit
hangt ervan af in welke context je het bekijkt en over welk soort
rollenspellen het gaat. Ik denk dat elk
rollenspel in zijn eigen context een betekenis heeft en dus ook nut heeft voor
de betrokkenen.
D: Ik ben er bijna
zeker van niet
5. Doen
jullie graag rollenspelen?
A: Ja.
B: In het begin is het altijd wat wennen om voor een
onbekende groep een rollenspel te brengen, maar ook dit vind ik een meerwaarde.
Doorheen de rollenspelen merk ik ook een evolutie bij mijzelf. Het is nu
bijvoorbeeld zo dat ik al veel sneller voor een groep zal praten of al sneller
een rollenspel op mij zal nemen.
C: Vroeger
deed ik dit helemaal niet graag. Ik vond het rollenspellen altijd enorm
moeilijk omdat het om fictieve situaties gaat. Je kan het dus helemaal niet
vergelijken met een situatie waar er een echte cliënt voor jou zit. Ik ben met
Hogeschool Gent op 3 daagse geweest om 3 dagen rollenspellen te spelen en te
oefenen. Na deze 3 daagse heb ik een ander beeld over rollenspellen. Ik denk
dat het een meerwaarde kan betekenen voor de student.
D: Ik heb
dit met heel veel plezier gedaan. Ik ben hierdoor een ervaring rijker geworden.
Door dit te mogen ervaren , heb ik gemerkt dat dit wel iets voor mij is om
later in de praktijk uit te oefenen.
6. Wat leer je van rollenspelen over jezelf en over het werkveld?
A: Zie vraag 2.
B: Ik leer de theorie in handelingen naar voor brengen.
Bijvoorbeeld een slecht-nieuws gesprek kunnen voeren, blijft bij mij beter
hangen met een rollenspel voor te bereiden en uit te voeren dan pure theorie te
overlopen. Dankzij rollenspellen leer ik ook over mijzelf bij, zo merk ik waar
ikzelf nog aan moet werken om in de praktijk iets uit te voeren en welke zaken
mij liggen en welke niet.
C: In een
rollenspel leer je allerlei technieken en gespreksvaardigheden toepassen. Dit
is een voordeel in het werkveld. Ik zou me niet kunnen voorstellen dat er
volgend jaar een cliënt bij mij komt en dat ik dit nog nooit heb geoefend. Feedback van anderen zorgt ervoor dat je heel
wat bijleert en informatie vergaart. Ik heb over mezelf mijn sterke en minder
sterke punten ontdekt door rollenspellen te spelen en hierover feedback te
krijgen van anderen.
D: Ik heb
geleerd dat ik redelijk goed overweg kan met een groep en goed kan inspelen op
de gevoelens van de groepsleden. Ik straal rust uit naar de groepsleden toe
waardoor de sfeer losser is en de mensen sneller vertrouwen hebben in me.
Hierdoor wordt er ook meer private informatie meegedeeld in de groep. Soms heb
ik het emotioneel nog lastig wanneer de problematiek zeer ernstig is of ik in
realiteit ook al te kampen gehad heb met deze problematiek in mijn sociale
omgeving.
7. Springen
rollenspelen in op de interesse van de student?
A: Vaak wel.
Zeker om te weten hoe het in het echt er aan toe kan gaan. Ook al krijg je vaak
makkelijke en eenvoudige situaties, je kan je er tenminste al een beeld van
vormen.
B: Ik denk dat dit afhangt over welke leerstof het gaat. Er
is altijd leerstof die je interesse meer opwekken dan andere leerstof.
C: Ja, dit
vind ik persoonlijk wel. Ik heb bijvoorbeeld op 3 daagse de rol van een
tienermoeder moeten spelen die geen contact meer heeft met haar ouders omdat
zij haar afstoten. Tienermoeders is iets dat heel erg leeft in de media en in
onze leefwereld. We krijgen dus zeker niet te maken met wereldvreemde
onderwerpen waar we ons in moeten inleven.
D: In het
algemeen is de commentaar rond rollenspelen van studenten zeer positief.
Doorheen de 3daagse heb ik zeer veel lovende commentaar gehoord over de
rollenspelen. Vaak werd er aangehaald dat dit een leerrijk en leuk proces was.
Reflectie:
Van 17 tot 19 oktober ben ik met de A groep op
driedaagse geweest. Hierbij was het de bedoeling om groepsmaatschappelijk werk
beter te leren kennen aan de hand van rollenspelen. Ieder groepje moest twee
bijeenkomsten organiseren waarbij studenten uit de andere groepjes een rol op
zich namen als groepslid. Ik nam de taak op mij om tijdens de rollenspelen 1
keer begeleider te zijn en 2 keer een rol op mij te nemen. Bij deze
rollenspelen heb ik mogen ervaren hoe het voelt om tienermoeder te zijn en de
partner van een persoon met dimensie.
Toen ik het begrip ‘groepsmaatschappelijk werk’
voor de eerste keer hoorde, kon ik maar een vage invulling geven hiervan.
Groepsmaatschappelijk werk betekent meer dan alleen maar een begeleiding in
groep door interactie tussen de cliënten onderling en maatschappelijk werkers.
Tijdens de driedaagse heb ik een bredere kijk gekregen op deze methodiek en
heel wat bijgeleerd. Deze methodiek betekent namelijk ook dat de groepsleden
hun ervaringen kunnen delen met elkaar, ze informatie kunnen uitwisselen aan
mekaar, herkenning bij elkaar vinden van het probleem en elkaar onderling steun
kunnen bieden. Doordat ik een bredere kijk gekregen heb hierop, zie ik het nut
ook meer in van deze methodiek.
Door de driedaagse heb ik ook meer inzicht gekregen
over het begeleiden in groep. Groepsmaatschappelijk werk kan men vergelijken
met supervisie. Cliënten denken samen na over de problematiek maar leren
zichzelf ook beter kennen. Ze worden geconfronteerd met zowel positieve als
minder positieve vaardigheden en attitudes van zichzelf. Dit kan zeer
confronterend zijn maar ook zeer leerrijk. Om op een goede manier een groep te
begeleiden, vind ik het cruciaal om als maatschappelijk werker over bepaalde
vaardigheden en attitudes te beschikken. In de eerste plaats vind ik het
belangrijk dat men als begeleider actief kan luisteren naar de verhalen van je
cliënten. Dit is niet altijd even makkelijk. Tijdens de rollenspelen heb ik
ondervonden dat er vaak discussies ontstaan of de cliënten door mekaar beginnen
praten. Als groepsbegeleider is het dan moeilijk om tegelijkertijd evenveel
aandacht te schenken aan elke cliënt zijn verhaal. Om dit te vergemakkelijken
kan men in de eerste bijeenkomst samen afspraken maken. Voorbeelden van
afspraken kunnen zijn: elkaar laten uitspreken, luisteren naar elkaar, respect
hebben voor mekaar, … Door het opstellen
van deze afspraken is het makkelijker als begeleider om ervoor te zorgen dat
ieder individu de nodige ruimte wordt geboden om zijn of haar inbreng te doen
in de groep. Ook biedt dit de cliënten een houvast. Hierdoor zal er sneller een
groepsgevoel ontstaan. Daarnaast vind ik het ook noodzakelijk om als begeleider
rust te kunnen uitstralen waardoor de cliënten zich veel sneller op hun gemak
gaan voelen. En ten slotte is het ook belangrijk dat men als begeleider kan
inspelen op de gevoelens van de cliënten.
Zoals ik in de inleiding al even heb vermeld, heb
ik tweemaal een rol op mij genomen. Door dit te mogen doen, weet ik nu hoe het
voor mezelf is om in een groep deel te nemen en hierbij te kijken naar mijn
eigen gevoelens. Door te kijken naar de gevoelens die ik hierbij heb ervaren in
groep, te kijken naar zowel negatieve als positieve ervaringen en eens heb
nagedacht over hoe de begeleider/ maatschappelijk werker had kunnen reageren,
ben ik ervan bewust geworden hoe een cliënt zich binnen een groep voelt en wat
hij/zij nodig zou kunnen hebben. Hierbij een voorbeeld uit de driedaagse: Rol als
partner, met dezelfde sekse, van een persoon met dimensie. Doordat ik een
rol als lesbienne moest spelen, kreeg ik in het rollenspel veel kritiek van de
andere groepsleden rond de seksuele geaardheid. Dit kwam omdat lesbienne of
homo zijn een taboe is voor oudere mensen. In hun tijd kwam dit bijna niet voor
en werd dit niet getolereerd. Hierbij
vind ik dat de groepsbegeleider dit taboe bekend moet maken in de groep en men
moet er moet op duiden dat dit geen taboe meer is in onze samenleving waarin we
nu leven. Door de verschillende negatieve reacties van de groepsleden voelde ik
me niet goed in die rol en vond ik het zeer moeilijk om nog iets in te brengen
in de groep. Ik voelde mij een buitenbeentje en was angstig om mijn gevoelens
te delen. Hierdoor stak ik mezelf weg in de groep. Ik voelde me veiliger door
niets te zeggen en mij op de achtergrond te begeven. Tijdens dit rollenspel
hebben de begeleiders hier weinig aandacht aan besteedt, hebben ze me niet echt
betrokken bij het gesprek. Uit deze ervaring besef ik hoe moeilijk het is als
cliënt om zich volledig open te stellen in een groep waarvan men niemand (goed)
kent. Als begeleider speelt men dus een zeer belangrijke rol om elke cliënt
goed op te vangen en voldoende aandacht te besteden aan de relatie tussen de
verschillende groepsleden. Naast het uitoefenen van rollen heb ik het gevoel
van begeleider ook eens mogen ervaren. Hierbij heb ik zowel makkelijke dingen
als moeilijkheden ontdekt bij het uitoefenen van groepsmaatschappelijk werk. Ik
had helemaal geen moeilijkheden met actief te luisteren naar de verhalen van de
cliënten. Ik probeerde rekening te houden met elk detail die gezegd werd om zo
te kunnen inspelen op hun gevoelens en door te vragen. Ik voelde me op men
gemak tijdens de begeleiding waardoor ik ondervonden heb dat de groepsleden
zichzelf ook op hun gemak voelden. Het leek alsof ik mijn rustige houding
doorgaf aan de groepsleden. Maar ik vond het zeer moeilijk om ieder individu
evenveel ruimte te bieden om hem/haar aan het woord te laten. Ook wanneer er
een discussie of conflict ontstond, vond ik het zeer moeilijk om de groep in de
hand te houden. Op zo’n momenten had ik het gevoel dat ik de groep even kwijt
was en ze niet in de hand had. Dit is nog een belangrijk werkpunt voor mij.
Tijdens de eerste bijeenkomst werd er aan de slag
gegaan volgens verschillende fasen namelijk het ontvangst, de opening en
inleiding, de voorstelling en
kennismaking, het groepsgesprek en als laatste de afsluiting. Het ontvangst was
kort. De cliënten werden vriendelijk verwelkomd. Bij de opening en inleiding
werd er algemeen informatie gegeven over de organisatie, waarom men wil
samenkomen met hen rond de problematiek, enz.
Tijdens deze bijeenkomst werden er enkele praktische afspraken gemaakt (
tijdstip, duur van de bijeenkomsten, …)
maar ook afspraken in overleg met de groepsleden zelf (bv. respect, luisteren
naar mekaar, elkaar laten uitspreken, …) Hierdoor verliepen de bijeenkomsten
respectvol en efficiënt. Iedereen kreeg de kans om zijn mening te geven en eventueel extra regels toe te voegen
wanneer de groep hierom vroeg. Hierdoor ontstond aangename sfeer waarin
iedereen zich geaccepteerd, geapprecieerd en gehoord voelde. Tijdens de
voorstelling en kennismaking hebben mijn medecollega’s uit mijn subgroep de
meeste cliënten kunnen overtuigen van de meerwaarde van de bijeenkomsten rond
schoolmoeheid. Dit hebben ze verwezenlijkt door de ouders het nut en de visie achter deze bijeenkomsten te laten inzien waardoor ze de
kapstokken die zij en andere ouders hen aanbieden tijdens deze bijeenkomsten
makkelijker en beter aanvaarden en op een positieve manier willen toepassen in
de omgang met de jongere. Hiernaast werd er ook duidelijk aangegeven wat de
ouders konden verwachten in de volgende bijeenkomsten. Dan was het tijd voor
het groepsgesprek die bestond uit twee delen. Eerst was er een kennismaking
tussen de groepsleden. Dit gebeurde aan de hand van een bokaal met papiertjes
in waarop steeds een vraag stond rond het leven van de cliënt. Ieder individu
was vrij om hierop een antwoord te geven of niet. Er werd dus voldoende ruimte
aangeboden in hoeverre mensen zich wouden openstellen in de groep. Het tweede
deel van het groepsgesprek was het nagaan van de verwachtingen van de
groepsleden en welke thema’s ze graag aan bod zouden zien komen in de
bijeenkomsten. Hierdoor geeft men de groepsleden het gevoel dat zij diegenen
zijn die de bijeenkomsten voor het grootste deel mogen invullen en ze dus
voldoende inspraak krijgen hierin.
Ten slotte werd er afgesloten met informatie over de volgende bijeenkomst, of er nog vragen zijn, enz. Om in schoonheid af te sluiten werden de groepsleden bedankt voor hun komst en medewerking. Naar mijn mening vind ik dit de gepaste afsluiting voor een bijeenkomst. De groepsleden weten waar ze hun volgende bijeenkomst mogen verwachten waardoor hen dit een zekerder gevoel geeft. Ook weten zij exact welk uur, waar en wanneer.
Ten slotte werd er afgesloten met informatie over de volgende bijeenkomst, of er nog vragen zijn, enz. Om in schoonheid af te sluiten werden de groepsleden bedankt voor hun komst en medewerking. Naar mijn mening vind ik dit de gepaste afsluiting voor een bijeenkomst. De groepsleden weten waar ze hun volgende bijeenkomst mogen verwachten waardoor hen dit een zekerder gevoel geeft. Ook weten zij exact welk uur, waar en wanneer.
Volgens mij is het belangrijk om als
groepsbegeleider rekening te houden met bepaalde aspecten in het groepsproces.
Ten eerste is het noodzakelijk om rekening te houden met emotionele aspecten.
Men moet aandacht hebben voor emoties van de groepsleden en hierop kunnen
inspelen. Ten tweede speelt het communicatieve aspect ook een belangrijke rol.
Men moet verstaanbaar alles overbrengen, praten op het niveau van de cliënten.
In groepsmaatschappelijk werk is het informele beter. Hierdoor creëert men
sneller een positieve en vertrouwde sfeer in de groep. Ten slotte spelen
situationele aspecten hier ook een rol. Het ingrijpen op een goede manier in bepaalde
situaties is van groot belang. Wanneer er discussies of conflicten ontstaan
tussen groepsleden moet men als begeleider op een correcte manier kunnen
ingrijpen zodat beide partijen zich met elkaar kunnen verenigen ondanks hun
mening en gedachten.
Tijdens de rollenspelen heb ik een bepaalde
techniek leren kennen die ik zeer interessant vond voor later in de praktijk te
gebruiken. Namelijk het gooien met een bol wol om zich voor te stellen. Iemand
moest zich voorstellen en mocht daarna de bol wol naar een ander groepslid
gooien die zich op zijn beurt dan ook mocht voorstellen. Op het einde van deze
kennismaking was er een letterlijke verbinding tussen de groepsleden aan de
hand van deze bol wol.
In het gehele proces rond deze opdracht maakte ik
deel uit van verscheidene groepen. In
mijn subgroepje was er een aangename sfeer aanwezig en voelde ik me enorm op me
gemak. Ik had het gevoel dat ik alles kon meedelen met mijn groepsgenoten. Ik
kreeg de ruimte om mijn ideeën met hen te delen. Hierdoor heb ik toch wel
actief geparticipeerd in deze groep. Maar om de groep te leiden, was ik nog
niet zeker genoeg. Ik ben eerder een persoon die volgt en hier en daar mijn
eigen inbreng geef aan het groepswerk. Maar de leiding nemen is niets voor mij.
In de grotere groep heb ik mijn steentje ook proberen bijdragen. Ik probeerde me zo goed mogelijk in te leven in de rollen die ik kreeg. Ook als begeleider wou ik resultaat boeken. Doorheen het proces in grote groep ben ik sterk gegroeid in bepaalde zaken. In het begin van de driedaagse had ik het nog moeilijk om mijn mening naar voor te brengen en te reageren als ik met iets niet akkoord was. Dit was vooral zo bij het geven van feedback. Maar naar het eind toe van de driedaagse is deze angst enorm afgenomen. Ik besef nu dat het niet verkeerd is om te reageren op andermans gedachten en gevoelens. Maar het is vooral belangrijk dat men dit op een goede manier kan overbrengen zodat dit niet aanvallend voelt voor de ander.
In de grotere groep heb ik mijn steentje ook proberen bijdragen. Ik probeerde me zo goed mogelijk in te leven in de rollen die ik kreeg. Ook als begeleider wou ik resultaat boeken. Doorheen het proces in grote groep ben ik sterk gegroeid in bepaalde zaken. In het begin van de driedaagse had ik het nog moeilijk om mijn mening naar voor te brengen en te reageren als ik met iets niet akkoord was. Dit was vooral zo bij het geven van feedback. Maar naar het eind toe van de driedaagse is deze angst enorm afgenomen. Ik besef nu dat het niet verkeerd is om te reageren op andermans gedachten en gevoelens. Maar het is vooral belangrijk dat men dit op een goede manier kan overbrengen zodat dit niet aanvallend voelt voor de ander.
Naar mijn mening bestaat de meerwaarde van het
groepsmaatschappelijk werk eruit mensen, die te kampen hebben met dezelfde
problematiek of hiermee in contact komen in hun directe sociale omgeving, in
contact te brengen met elkaar. Het draagt ook bij om de cliënten hun sociaal
functioneren te verbeteren in de samenleving en sociale veranderingsprocessen
te bevorderen. Daarnaast kan deze methodiek ervoor zorgen dat de groepsleden
zichzelf beter leren kennen waardoor hun zelfbeeld in positieve zin wordt
versterkt.
Ik
kan besluiten dat de driedaagse een zeer leerrijke ervaring was voor me. Ik
vond de rollenspelen zeer nuttig, omdat
men zo concrete voorbeelden en interventies heeft kunnen opdoen om zelf later
ook weer te kunnen toepassen binnen de groep. Daarnaast kreeg ik op een actieve
manier informatie aangereikt over groepsmaatschappelijk werk. Deze informatie
blijft veel langer in het geheugen doordat het op een actieve manier gebeurde.
Ten slotte weet ik nu ook veel beter hoe ik op bepaalde die zich binnen een
groep voordoet, moet handelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten